Weer en klimaat
Stage VBS Paridaensinstituut - Juf Karen
  • Home
  • Het weer
  • Hoe wordt het weer bepaald?
    • Thermometer
    • Barometer
    • Pluviometer
    • Hygrometer
    • Windwijzer
    • Anemometer
  • Wolken
  • Wij en het weer
  • Het klimaat
    • Het klimaattype bepalen
    • Wij en het klimaat
  • Verklarende woordenlijst
  • Bronnen
  • Blog

Verklarende woordenlijst


Anemometer: Een instrument waarmee je de windsnelheid kan meten.

Atmosfeer: De lucht die de aarde omringt. De atmosfeer bestaat grotendeels uit stikstof en zuurstof.

Barometer: Een instrument waarmee je de luchtdruk kan meten.

Gematigd klimaat: Het zachte, regenachtige klimaat van plaatsen die niet te warm en niet te koud zijn. Deze gebieden liggen tussen de hete tropen en de koude polen.

Klimaat: Het weerpatroon van een bepaalde plaats. Het klimaat is elk jaar hetzelfde.

Luchtvochtigheid: De hoeveelheid waterdamp of vocht in de lucht.

Neerslag: Water dat uit wolken op de grond valt. Neerslag komt voor in de vorm van regen, hagel of sneeuw, afhankelijk van de temperatuur.

Seizoenen: Veranderingen van het weer gedurende het hele jaar. Seizoenen worden veroorzaakt door de schuine stand van de aarde tijdens haar baan om de zon.

Subtropisch klimaat: Een warm klimaat dat koeler is dan de tropen, maar warmer dan gematigde gebieden.

Temperatuur: Hoe warm of koud iets is.

Thermometer: Een instrument om de temperatuur te meten. De meeste thermometers meten de temperatuur in graden Celsius en/of graden Fahrenheit.

Tropisch klimaat: Het hete klimaat van plaatsen dicht bij de evenaar. Tropische klimaten kunnen heel het jaar door nat zijn of natte en droge seizoenen kennen.




Powered by Create your own unique website with customizable templates.